De high-five, de knuffel, het dansje en de midair celebratory bump of flying shoulder bump (in de lucht tegen elkaar op springen). Allemaal manieren waarop teamsporters een score of doelpunt met elkaar vieren. En zonder dat ze het misschien zelf in de gaten hebben, is dat eigenlijk heel slim. Want door al dit fysieke contact komt het hormoon oxytocine vrij in hun hersenen. En dat hormoon blijkt een belangrijke rol te spelen in de samenwerking tussen mensen.
Oxytocine is het hormoon dat een belangrijke rol speelt in relaties, vriendschappen en in de samenwerking tussen mensen. Het wordt ook wel het ‘knuffelhormoon’ of ‘bindingshormoon’ genoemd. Oxytocine is het enige hormoon waarvoor je andere mensen nodig hebt. Het hormoon komt namelijk vrij in de hersenen bij aanraking, bij positieve sociale interacties en samen lachen en juichen. Het is het fijne, prettige, ontspannen gevoel wanneer je bij mensen bent om wie je geeft. En het zorgt voor een gevoel van verbinding, van erbij houden, vertrouwen, cohesie, creativiteit en de motivatie om samen te werken. Allemaal heel handig in teamsporten.
Amerikaans onderzoek in de NBA laat zien dat fysiek contact, zoals high-fives, schouderklopjes en flying shoulder bumps aan het begin van het seizoen een voorspeller zijn van de prestaties later in het seizoen. Zowel individuele prestaties als teamprestaties waren beter bij de teams waarin de spelers in de eerste wedstrijden meer fysiek contact met elkaar hadden. Zelfs nadat de onderzoekers de gegevens corrigeerden voor de kwaliteit van de individuele spelers en de teamprestaties aan het begin van het seizoen. Het fysieke contact leidde tot een betere samenwerking tussen de spelers, met betere prestaties tot gevolg.
En dat alles onder invloed van oxytocine. Door het fysieke contact komt oxytocine vrij in de hersenen van de spelers, en dat geeft een goed gevoel. Ze voelen zich meer verbonden, voelen meer vertrouwen van de anderen, waardoor de bereidheid samen te werken toeneemt. Een doelpunt scoren is fijn, en het voelt nóg beter wanneer je teamgenoten vervolgens op je af komen rennen en je een high-five geven of tegen je aan botsen. En een schouderklopje is fijn op het moment dat je een fout hebt gemaakt of een doelpunt mist. Oxytocine kalmeert namelijk en neemt gevoelens van stress weg.
Oxytocine, en daarmee vertrouwen en verbinding, ontstaan niet alleen door fysiek contact. De hersenen geven het hormoon ook vrij wanneer we positieve interacties hebben met anderen, zoals door met elkaar te praten, samen plezier te maken en te lachen.
In de sport hangen goede prestaties vaak af van de details. Zorgen dat er genoeg oxytocine ‘stroomt’ binnen je team kan zo’n detail zijn dat ervoor gaat zorgen dat je sporters zich verbonden voelen, een eenheid vormen en goed (nog beter) samenwerken. Hoe pak je dat aan?
Om te beginnen is het belangrijk de relaties tussen de spelers onderling en tussen de spelers en de staf te laten groeien. Dus niet alleen focussen op doelen, taken, posities en tactieken, maar ook momenten creëren waarop je sporters met elkaar kunnen kletsen en plezier met elkaar hebben. Zorg ervoor dat ze elkaar leren kennen op persoonlijk vlak. Dat ze regelmatig hun waardering naar elkaar uitspreken. En dat iedereen contact heeft met iedereen. Voorkom dus losse eilandjes binnen je team, waartussen weinig contact is.
Creëer in de training af en toe een oefening die in de eerste plaats heel leuk is. Waarin spelers met elkaar kunnen dollen. Om daarna weer te focussen op het trainen van een technische vaardigheid of een bepaalde verdediging of aanval. Want het hoeft echt niet altijd alleen maar gezellig en lollig te zijn. Maar voorkom dat het altijd alleen maar serieus is. Samen plezier hebben creëert een band, en daardoor zullen spelers makkelijker samenwerken.
Ten tweede is het goed om je spelers aan te moedigen elkaar regelmatig op te zoeken in de wedstrijd. Laat ze inzien dat het belangrijk is samen te juichen na een score, een high-five te geven, of een schouderklopje na een gemiste kans. Vaak zie je dat teams dit aan het begin van de wedstrijd veelvuldig doen, maar dat het afneemt naarmate de wedstrijd vordert. Juist dan is het belangrijk elkaar te blijven opzoeken. Om het gevoel van vertrouwen en verbondenheid vast te houden.
Ook als een team op achterstand komt te staan, zie je dat spelers elkaar minder opzoeken. Het is belangrijk ze aan te moedigen dit te blijven doen. Niet alleen vanwege de positieve effecten op henzelf, maar ook omdat dit de tegenstander beïnvloedt. Zo blijkt uit onderzoek uit onder andere voetbal dat wanneer teams meer met elkaar juichen na een doelpunt, hun tegenstanders minder tot scoren komen.
Ten derde is ook jouw houding als coach van belang. Uit onderzoek in het bedrijfsleven blijkt namelijk dat wanneer teamleiders belangstellend zijn en zich bekommeren om hun medewerkers, er meer oxytocine vrijkomt in de hersenen van die medewerkers en hun prestaties beter zijn. Hetzelfde geldt voor het geven van autonomie aan je spelers, door ze mee te laten denken over bepaalde oplossingen. Dit stimuleert de productie van oxytocine, waardoor vertrouwen en de bereidheid tot samenwerking toenemen.
Marjolein Torenbeek is Sportpsycholoog VSPN®. Ze houdt zich met haar onderneming PERFECT/10 bezig met teamontwikkeling in de sport: teams in de (sub)topsport helpen beter samen te werken en communiceren, voor meer synergie en betere teamprestaties.
Ze schreef het boek SYNERGIE dat onlangs is uitgegeven door Arko Sports Media. Dit boek geeft handvatten om in elke fase van het seizoen steeds meer een eenheid te maken van je groep sporters, waardoor het team met meer plezier de best mogelijke prestatie neer kan zetten.