Amerikaans schaatster Erin Jackson was op de worldcups dit jaar gevaarlijk. Ze won er op de 500m vier van de acht. Haar naam werd regelmatig genoemd voor de spelen in Beijing, maar op het Amerikaanse OKT ging het mis. Ze maakte een misstap en plaatste zich niet. “Ik heb het zelf verprutst,” zei Jackson, maar Brittany Bowe, die zich behalve voor de 500m ook voor de 1000 en de 1500m plaatste, gaf haar startbewijs af aan Jackson. “Sport is groter dan één persoon. Dit is de olympische gedachte. Zij kan een medaille winnen daar. Ze heeft het verdiend. Het was voor mij niet echt een big deal, het is simpelweg het juiste om te doen,” zei Bowe. En Bowe had gelijk, Jackson wint de 500 meter, waarna ze teamgenoot en beste vriendin Bowe in de armen valt op het middenterrein.
Dit verhaal doet denken aan de twee hoogspringers die in Tokio besloten een gouden medaille te delen. Na een precies gelijke stand kregen de Italiaan Tamberi en de Qatarees Barshim de kans op een jump-off. Tamberi en Barshim keken elkaar even aan, schudden hun hoofd en vroegen om twee gouden medailles. En dat kon.
Nog zo’n verhaal vonden we in de marathon van Tokio. De nummer twee, de Nederlandse Abdi Nageeye hielp zijn Belgische vriend en trainingsmaat Bashir Abdi naar het brons. Zulke uitingen van onbaatzuchtige sportiviteit geven blijk van zelfvertrouwen en een blik op sport die breder is dan winnen.
Topsport gaat over strijden, winnen, de beste zijn en dat is best een egoïstisch proces. Maar Bowe, Tamberi, Barshim en Nageeye weten wat ze, naast winnen, belangrijk vinden in het leven. Zij zullen allemaal hun kernwaarden helder hebben. De meeste sporters weten namelijk heel goed wat ze willen bereiken, in de zin van titels, records en medailles. Maar lang niet alle sporters hebben nagedacht over hun kernwaarden, namelijk hoe en waarom ze dat willen bereiken.
De kernwaarden van Suzanne Schulting klinken in al haar interviews door. Zelfvertrouwen: “Ik ben superfit, ik schaats beter dan ooit. Ik heb de explosiviteit en in de laatste ronden ben ik één van de sterksten, of misschien wel de sterkste.” En ‘samen’, teamgevoel: “Het is zo mooi om samen met Hanne de Smet, iemand waarmee ik elke dag train, zo’n finale te rijden en dat zij dan brons pakt, dat is zo bijzonder. Deze gouden plak is van het hele team. Dit was zonder het team absoluut niet mogelijk geweest.”
Het gevoel van ‘samen’ lijkt ook bij de overwinning van Kimberly Bos te overheersen. Haar legendarische medaille viert ze samen met haar collega-skeletoners, ook degenen die naast de medailles grijpen. De moeder van Kimberley vertelt in Studio Peking: “Zo gaat het tijdens de worldcups ook. Ze vieren met elkaar, dat is heel mooi om te zien.”
Er zijn veel sporten waar in Beijing veel sportiviteit wordt getoond, zoals de snowboard cross, waar de Franse Pereira de Sousa na een val getroost wordt door haar Canadese en Australische tegenstandsters. En de Finse langlaufer Niskanen die goud won op de 15km klassieke stijl en sportief genoeg was om te wachten op de langzaamste langlaufer op deze afstand. Dat was de Colombiaan Quintana, die zichzelf heeft leren langlaufen met behulp van YouTube-videos.
Van Bowe tot Nageeye tot Niskanen, al deze topsporters hebben de olympische mentaliteit om naast de focus op hun eigen topprestaties verder te kijken. Ze laten met hun bewuste keuzes prachtige stukjes menselijkheid zien.