Wat is waar? Een aantal trends in voeding bij sporters toegelicht

Veganistisch eten, magnesium en wedstrijdvoorbereiding

Sportdiëtist Josette van Toor werd voor Alles over Massage geïnterviewd. Zij onderstreept het belang van variatie en gaat in op een aantal concrete trends rond voeding. Die trends staan hieronder vermeld en verschenen eerder als kader bij een interview met Josette. Voor jou als coach kan dit helpen vragen van sporters over voeding te beantwoorden.

1. Veganisten

Gevarieerd eten is belangrijk voor (top)sporters. Als zij vegetarisch of veganistisch zijn, is dat – ten opzichte van de ‘alleseter’ – wel een extra uitdaging.

De gemiddelde vegetariër krijgt wel eieren en zuivel binnen, en mist daardoor eigenlijk niet zo heel erg veel voedingsstoffen. “Maar voor veganistische sporters, die dus volledig plantaardig eten, kan het wel een ingewikkelde puzzel zijn om te leggen”, zegt Josette. “Als je veganist én sporter bent, zou ik zeker met een sportdiëtist om tafel gaan zitten. Want vaak kan je de hoeveelheid eiwitten die je nodig hebt wel binnenkrijgen, maar de vraag is hoe dat zit met de aminozuren. Leucine is bijvoorbeeld een heel specifiek, essentieel aminozuur, dat in plantaardige voeding minder voorkomt. Leucine is verantwoordelijk voor spiereiwitsynthese en indirect dus voor je hele spieropbouw. Zo’n zoektocht kan je het beste met een kenner doen. Over vegetarische sporters maak ik me veel minder zorgen. In kwark alleen al zitten bijvoorbeeld al heel veel bouwstoffen.”

Josette komt in haar praktijk, en ze denkt dat dat ook voor haar collega’s geldt, weinig veganistische topsporters tegen. “Het is een keuze natuurlijk, maar de puzzel is echt ingewikkeld. Je moet alleen al letterlijk veel tijd in de keuken doorbrengen om de voeding te koken die je nodig hebt. Voor vegetariërs valt dat wel mee. Een bak kwark is zo gemaakt. Zeker één op de tien sporters is vegetarisch. En zeker nog eens twee op de tien hebben het er met mij over dat ze vaker vegetarisch, of in ieder geval minder vaak vlees, willen eten. Ik leg ze dan uit dat een vleesvervanger, dus een burger of vegetarisch gehakt niet dé oplossing is. Je voedingsstoffen moeten komen uit zaken als tempeh, tofu, peulvruchten of seitan.”

2. Magnesium

‘Magnesium geen wondermiddel’

Ze hoort het net even te vaak voorbijkomen als sporters bij haar in de praktijk komen. Josette van Toor wil dan ook van de gelegenheid gebruik maken om magnesium te ontmaskeren als hét wondermiddel bij spier- en krampklachten.

“Ik hoor te vaak sporters zeggen dat ze magnesium zijn gaan slikken nadat ze die tip kregen omdat ze stramme spieren of last van kramp hadden. Dat middel wordt enorm gehypet, terwijl het heel vaak niet de oplossing is voor spierkrampen. Lang niet altijd heeft een sporter magnesiumtekort. Het is belangrijk dat een sporter kijkt waar de oorzaak wel ligt. Dat kan namelijk ook vochttekort zijn, of een disbalans in de arbeid-rustverhouding. Of het komt door overstrekking, of overbelasting of een tekort aan koolhydraten. Of überhaupt een tekort aan energie. Een magnesiumpil kan een placebo-effect hebben, maar daarmee wordt de oorzaak van het probleem nog niet weggenomen. Ik wil maar zeggen: adviseer niet zomaar om magnesium te gaan slikken, want het is – voor negen van de tien oorzaken althans - geen wondermiddel. Dat iemand vaker kramp heeft, kan ook door andere trainingen komen, door nieuw schoeisel, of een verandering van eetpatronen of energie-inname. In veel gevallen is het slim om iemand door te verwijzen naar een sportdiëtist.”

3. Wedstrijdvoorbereiding

‘Wedstrijdvoorbereiding? Zeven dagen per week!’

De ultieme wedstrijdvoorbereiding? Die begint wat Josette van Toor betreft niet bij de laatste sportmaaltijd voor de race. Nee, die voorbereiding gaat feitelijk altijd door. “Daar ben je zeven dagen per weken mee bezig.”

Sporters moeten ervoor zorgen dat ze altijd de voeding binnenkrijgen die ze nodig hebben. “Op de wedstrijddag zelf houd je er wel rekening mee dat je voldoende energie hebt om de wedstrijd te volbrengen. Het is belangrijk dat je voldoende vocht inneemt en dat je het risico op maag- en darmklachten verkleint. Dus niet heel veel vezels, niet heel veel vetten, niet heel veel eiwit, maar wat lichter verteerbaar voedsel. Koolsoorten, peulvruchten, knoflook, ui en chilipeper zijn over het algemeen producten die je voorafgaand aan een wedstrijd beter kunt vermijden.”

Het volledige interview met Josette is te vinden via Alles over Massage.

Op de website van Josette van Toor vind je meer informatie. Ze schreef onder meer een reeks zeer informatieve blogs over voeding en blessurepreventie en -herstel.